Zzp’er in zorg en welzijn kiest vooral voor onafhankelijkheid

Het aantal zelfstandigen in zorg en welzijn nam de laatste jaren toe tot 178 duizend in 2022, zo blijkt uit de Enquête beroepsbevolking (EBB). De zelfstandigen zonder personeel (zzp’ers) vormden daarvan de grootste groep (75 procent). Van alle werkenden in zorg en welzijn was 81 procent vrouw, van de zzp’ers was 75 procent vrouw.

Onder zowel vrouwen als mannen is het zelf kunnen bepalen hoeveel en wanneer ze werken de meest genoemde reden om zzp’er te worden (46 en 40 procent). Onder vrouwen werd het beter kunnen combineren van werk en privé hierna het meest genoemd (29 procent), onder mannen was dat meer kunnen verdienen (25 procent).

Belangrijkste redenen werken als zzp’er in zorg en welzijn, 2023¹⁾
Zelf bepalen hoeveel en
wanneer ik werk
46,2 39,6
Werk en privé beter
kunnen combineren
28,7 17,5
Vanwege mijn beroep 25,7 20,8
Betere zorg kunnen
geven
24,9 23,8
Meer verdienen als
zelfstandige
17,5 25,2
Nieuwe uitdaging 17,4 15,4
Iets voor mezelf opbouwen 14,6 15,6
Niet (meer) voor een
baas werken
13 15,5
Altijd al als zelfstandige
willen werken
10,5 18,5
Minder regelgeving 9,1 11,4
Afwisselender werk 8 11,2
Geen geschikte baan
als werknemer
5,3 5,7
Op verzoek van mijn
werkgever
2,7 2,9
Andere reden 15,6 17,5
¹⁾Meerdere antwoorden mogelijk.

In de branches huisartsen en gezondheidscentra (66 procent), en de verpleging, verzorging en thuiszorg (57 procent), werd het zelf willen bepalen hoeveel en wanneer je werkt het vaakst genoemd als de belangrijkste reden om te starten als zzp’er. Alleen in de kinderopvang was het beter kunnen combineren van werk en privé de meest genoemde reden. Dat men geen geschikte baan kon vinden als werknemer, of dat hun werkgever wilde dat ze als zzp’er gingen werken, werd minder vaak als reden genoemd.

Zzp’ers werken meeste uren in kinderopvang

Gemiddeld werkten zelfstandigen zonder personeel in zorg en welzijn 32 uur. Zzp’ers in de kinderopvang werkten met bijna 42 uur gemiddeld de meeste uren per week. Ruim 35 uren waren declarabel, 85 procent van de werkweek van een zzp’er in de kinderopvang. Dit is hoger dan gemiddeld onder alle zzp’ers in zorg en welzijn (75 procent).

In de geestelijke gezondheidszorg is het beeld anders: hier werkten zzp’ers gemiddeld bijna 14 uur per week minder dan in de kinderopvang. Ook was het aandeel declarabele uren kleiner (71 procent). In de jeugdzorg maakten zzp’ers de meeste niet-declarabele uren. Niet-declarabele uren zijn uren die bijvoorbeeld nodig zijn voor verwerving van opdrachten, netwerken of administratie.
Mannelijke zzp’ers in zorg en welzijn werkten gemiddeld 3 declarabele uren meer per week dan hun vrouwelijke collega’s. Het gemiddelde aantal niet-declarabele uren is vrijwel gelijk.

Gewerkte uren zzp’ers in zorg en welzijn, 2023
Zorg en welzijn (Totaal) 24,4 7,7
Kinderopvang 35,2 6,3
Jeugdzorg 25,7 10,5
Verpleging, verzorging en
thuiszorg
27,1 6,4
Gehandicaptenzorg 25,3 6,7
Ziekenhuizen en overige medisch
specialistische zorg ( incl. UMC’s)
26,3 5,5
Huisartsen en gezondheidscentra 25,8 5,2
Overige zorg en welzijn 22 8,9
Sociaal werk 21,8 9
Geestelijke gezondheidszorg 19,8 8

1 op de 10 zzp’ers liever werknemer

Het overgrote deel (94 procent) van de zzp’ers in zorg en welzijn had eerder een baan als werknemer binnen of buiten zorg en welzijn, of werkte – naast hun werk als zelfstandige – als werknemer. Van alle zelfstandigen zonder personeel in zorg en welzijn, gaf ruim 9 procent aan liever als werknemer te werken. Dit is voor vrouwen en mannen ongeveer gelijk. De redenen die ze daarvoor het meest noemen zijn meer financiële zekerheid en sociale zekerheid. Bij huisartsen en gezondheidscentra was het aandeel zzp’ers dat liever als werknemer zou werken het grootst (15 procent). Ook in de geestelijke gezondheidszorg (ggz) en sociaal werk was dit met 14 procent relatief vaak.

Liever werkzaam als werknemer, 2023
Zorg en welzijn (Totaal) 9,3
Huisartsen en gezondheidscentra 14,7
Sociaal werk 14
Geestelijke gezondheidszorg 13,6
Kinderopvang 12,7
Gehandicaptenzorg 11,8
Ziekenhuizen en overige medisch
specialistische zorg (incl. UMC’s)
10,2
Verpleging, verzorging en
thuiszorg
9,4
Jeugdzorg 6,8
Overige zorg en welzijn 5,5

Plaats een reactie