In totaal stroomden in het tweede kwartaal van 2024 1,74 miljoen werknemers in bij verschillende bedrijfstakken, terwijl 1,69 miljoen werknemers vertrokken. Iets meer dan de helft van de vertrokken werknemers ging in een andere bedrijfstak werken (927 duizend werknemers in het tweede kwartaal van 2024).
Sinds de coronapandemie is de instroom van werknemers groter dan de uitstroom, maar het verschil tussen beide wordt kleiner. Dit verschil is nu op het laagste punt sinds begin 2021.
De bedrijfstakken met de hoogste instroom en uitstroom van werknemers in het tweede kwartaal 2024 zijn verhuur en overige zakelijke diensten, handel, en gezondheids- en welzijnszorg. In de bedrijfstak verhuur en overige zakelijke diensten is er een negatief saldo: meer werknemers verlaten de bedrijfstak dan dat er instromen. In de meeste andere bedrijfstakken is het juist andersom, daar is de instroom hoger dan de uitstroom.
| Verhuur en overige zakelijke diensten | 337,3 | 378,5 |
|---|---|---|
| Handel | 325,5 | 304,8 |
| Gezondheids- en welzijnszorg | 172,0 | 148,0 |
| Horeca | 166,4 | 158,4 |
| Specialistische zakelijke diensten | 144,7 | 116,8 |
| Industrie | 106,4 | 106,4 |
| Onderwijs | 73,8 | 66,1 |
| Openbaar bestuur en overheidsdiensten | 66,2 | 39,5 |
| Vervoer en opslag | 65,5 | 63,4 |
| Informatie en communicatie | 62,8 | 60,2 |
Al langer per saldo uitstroom uit verhuur en overige zakelijke diensten
In de bedrijfstak verhuur en overige zakelijke diensten is de uitstroom van werknemers sinds het vierde kwartaal van 2022 groter dan de instroom. Het aantal banen in deze sector daalde van 1,03 miljoen in juni 2023 naar 984 duizend in juni 2024. Ook het aantal uitzendbanen nam in die periode af, van 446 duizend naar 421 duizend.
De uitstroom van werknemers in de bedrijfstak verhuur en overige zakelijke diensten kan een indicatie zijn van toenemende krapte op de arbeidsmarkt. Bijna de helft van de werknemers in deze bedrijfstak werkt in de uitzendbranche en heeft door de huidige arbeidsmarktsituatie meer keuze, wat hen ertoe kan aanzetten om hun uitzendbaan te verruilen voor een dienstverband in een andere bedrijfstak.
| 2016 | 1e kwartaal | 329,8 | 286,5 |
|---|---|---|---|
| 2016 | 2e kwartaal | 361,6 | 313,5 |
| 2016 | 3e kwartaal | 365,7 | 313,3 |
| 2016 | 4e kwartaal | 363,2 | 315,5 |
| 2017 | 1e kwartaal | 365,2 | 299,9 |
| 2017 | 2e kwartaal | 396,5 | 332,4 |
| 2017 | 3e kwartaal | 405,6 | 333,9 |
| 2017 | 4e kwartaal | 406,9 | 332,8 |
| 2018 | 1e kwartaal | 400,1 | 342,7 |
| 2018 | 2e kwartaal | 427,7 | 382,5 |
| 2018 | 3e kwartaal | 437,1 | 393,1 |
| 2018 | 4e kwartaal | 425,1 | 393,1 |
| 2019 | 1e kwartaal | 380,0 | 367,0 |
| 2019 | 2e kwartaal | 399,4 | 395,0 |
| 2019 | 3e kwartaal | 393,5 | 404,4 |
| 2019 | 4e kwartaal | 376,8 | 397,7 |
| 2020 | 1e kwartaal | 317,3 | 407,5 |
| 2020 | 2e kwartaal | 303,6 | 442,0 |
| 2020 | 3e kwartaal | 318,4 | 427,5 |
| 2020 | 4e kwartaal | 317,6 | 412,5 |
| 2021 | 1e kwartaal | 334,8 | 335,9 |
| 2021 | 2e kwartaal | 399,2 | 327,8 |
| 2021 | 3e kwartaal | 392,6 | 348,2 |
| 2021 | 4e kwartaal | 399,2 | 346,5 |
| 2022 | 1e kwartaal | 409,9 | 331,7 |
| 2022 | 2e kwartaal | 414,7 | 384,1 |
| 2022 | 3e kwartaal | 408,7 | 385,9 |
| 2022 | 4e kwartaal | 396,6 | 390,6 |
| 2023 | 1e kwartaal | 356,4 | 398,8 |
| 2023 | 2e kwartaal | 369,8 | 404,7 |
| 2023 | 3e kwartaal | 350,7 | 402,8 |
| 2023 | 4e kwartaal | 341,0 | 392,4 |
| 2024 | 1e kwartaal | 328,5 | 362,2 |
| 2024 | 2e kwartaal | 337,3 | 378,5 |
Waar komen de werknemers terecht?
De werknemers die de verhuur en overige zakelijke diensten hebben verlaten komen het meest in de bedrijfstakken handel, gezondheids- en welzijnszorg en industrie terecht. Werknemers onder de 25 jaar gaan relatief vaak in de horeca aan de slag.
Binnen de gehele economie wisselen werknemers het vaakst hun huidige bedrijfstak in voor een baan in de handel, verhuur en overige zakelijke diensten en specialistische zakelijke diensten. De specialistische zakelijke diensten zijn met 622 duizend banen in juni 2024 ruim de helft kleiner dan de grootste bedrijfstak, de gezondheids- en welzijnszorg, maar kennen wel een hogere instroom van werknemers uit andere bedrijfstakken.
| Handel | 35,3 |
|---|---|
| Gezondheids- en welzijnszorg |
27,2 |
| Industrie | 24,8 |
| Horeca | 16,7 |
| Vervoer en opslag | 15,4 |
| Specialistische zakelijke diensten | 14,6 |
| Openbaar bestuur en overheidsdiensten |
14,2 |
| Bouwnijverheid | 9,7 |
| Informatie en communicatie | 7,6 |
| Onderwijs | 6,8 |
| Financiële dienstverlening | 6,0 |
| Cultuur sport en recreatie | 4,5 |
| Landbouw, bosbouw en visserij | 3,1 |
| Overige dienstverlening | 3,0 |
| Verhuur en handel van onroerend goed |
1,7 |
| Waterbedrijven en afvalbeheer | 1,7 |
| Energievoorziening | 1,3 |
| Delfstoffenwinning | 0,2 |
Jonge werknemers
De in- en uitstroom van werknemers in de bedrijfstak verhuur en overige zakelijke diensten bestaat voornamelijk uit jongeren onder de 25 jaar. Hoe ouder de werknemer, hoe minder vaak diegene de bedrijfstak zal verlaten of betreden. Dit is opvallend wanneer je het vergelijkt met bijvoorbeeld de gezondheids- en welzijnszorg, waar juist werknemers van 55 jaar en ouder de grootste groep uitstromers vormen.
| Verhuur en overige zakelijke diensten |
Instroom | 130,2 | 90,8 | 50,3 | 36,9 | 29,1 |
|---|---|---|---|---|---|---|
| Verhuur en overige zakelijke diensten |
Uitstroom | 133,2 | 103,1 | 56,9 | 44,6 | 40,7 |
| Gezondheids- en welzijnszorg |
Instroom | 66,6 | 40,0 | 24,5 | 20,9 | 20,0 |
| Gezondheids- en welzijnszorg |
Uitstroom | 37,0 | 32,3 | 21,1 | 17,2 | 40,4 |